Een boek bestaat uit diverse onderdelen die allemaal iets toevoegen aan het verhaal. Deze plotpoints vormen vervolgens de ruggengraat van je verhaal. Maar hoe kom je bij deze plotpoints?
Waar begint het plotten van je boek?
Het begint allemaal bij het eerste idee. Soms is dat een liedje, soms een foto of een gebouw of zelfs een zonnestraal door een regenbui – kermis in de hel. Het proces van het verder uitdenken van dat idee heet plotten. Vandaag neem ik je mee tijdens het plotten van het vervolg van mijn fantasiemanuscript Van Bloed en Marmer, dat ik net op de valreep van 2019 nog heb afgemaakt.
Het gaat verder bij het doordenken, het voortbouwen met dat ene bouwsteentje. Er zijn allerlei manieren om dit te doen. Waar wil je naar toe met je verhaal? Je kan beginnen bij de ergste scenario’s, maar ook bij het doel van je personages. Wat wil hij of zij bereiken en welke mentale of fysieke obstakels houden dat tegen? Of je begint met het einde.
Kies je tools
Je kunt twee dingen doen. Als je al weet met welk middel je je outline gaat maken, kan je ervoor kiezen om te beginnen met de belangrijkste onderdelen ervan. Maar je kunt ook verder gaan met brainstormen tot je een heel A-viertje hebt volgeklad. Denk aan woordspinnen en talloze en eindeloze lijstjes. Zo werkte ik voorheen.
Nu werk ik graag met een outline. Aan de hand daarvan bedenk ik als eerste de belangrijkste onderdelen van het verhaal. Daar heb ik eens een video over gemaakt, outlinen met procenten, maar ik zal het nog eens recappen.
Outlinen met procenten
Een geraamte van een boek bestaat uit zeven plotpoints. Deze zorgen ervoor dat je boek een begin, midden en een eind heeft. Daar tussenin zit nog meer. Je begint met 1%, je vertelt over het normale leven (zonder te vele informatie dumps) en gaat vervolgens naar de 10% – dat is het moment waarop je personage wordt aangespoord om het avontuur te beginnen. Op 25% is het eerste moment van geen terugkeer, op 37% wordt het spannend en op 50% verandert alles voor je personage. Dan zit je echt in het midden van je boek. Bij 62% wordt je personage opnieuw door spanning verrast, bij 75% is er geen weg meer terug en op 90% is de climax van het verhaal en zwakt het langzaamaan weer af en begint het nieuwe leven. Tenzij je boek het eerste deel van een duologie, trilogie of een meerdelige serie is.
Omdat ik steeds vaker met het einde begin, vul ik de 90% eerst in en plan ik vanzelf terug naar 10%. Daarvanuit moet je het ‘opvullen’ maar niet zomaar met filler – scenes die niets toevoegen of het plot niet vooruitbrengen. Elke scene moet iets aan het plot toevoegen. Alle scenes na de 10% moeten helpen om het verhaal naar de 25% te tillen, enzovoorts.
Deel twee van mijn duologie gaat verder waar deel een is geëindigd (wat je dan eigenlijk moet zien als de 110%, dat is wat ik heb begrepen heb van het schrijven van een meerdelige serie).
En dan?
Je kunt van voor naar achter plannen, maar ik raad je aan om van achter naar voor te gaan. Zodra je weet waar het boek zal eindigen, weet je waar de rest naar toe moet en wat er moet gebeuren om bij 90% te komen. Klinkt dat een beetje logisch? Je kunt geen preischotel maken als je halverwege het koken de prei vergeet.
Als je een personage met een doel en een obstakel hebt, dan ben je al een heel eind op weg. Dan rest je alleen nog een flinke brainstormsessie om de andere onderdelen van je verhaal duidelijk op papier te krijgen. Niets werkt in dit geval beter dan alles neerpennen en kijken waar het schip dat brainstormen heet strandt.
Vanaf nu deel ik elke maand een nieuwe schrijftip en als je me volgt op Instagram @femkemeijboom mag je helpen kiezen wat die tip de volgende keer zal zijn. Zie ik je op Insta?
Liefs en succes,
Femke
2 reacties
Blegh, preischotel is niet mijn favoriete eten, maar ik snap je punt wel 😉 Leuk om zo even de technische kant van jou te horen en het is inderdaad hoe ik het schrijven ook aanpak. Eerst weten waar het eindigt, dan kan de rest eromheen gepland worden 😉
Aah leuk om te horen Mirjam!